Prof. Ko Sarneel besteedde regelmatig aandacht aan het werk van Martin Linnartz in zijn radiorubriek "Journaal van de kunst en zo .. " voor de Regionale Omroep Zuid.

 

Later veranderde de naam van de ROZ in "Omroep Limburg" en "L1 radio".

27 september 1962

ABC, ROZ

Prof. Ko Sarneel

Dezer dagen, luisteraar, hebben wij de vanzelfsprekendheid waarmee bepaalde faamdragers in het rijk der monumentale beeldende kunsten bepaalde opdrachten in de schoot vallen, n.a.v. de ramen van Joep Nicolas in de raadszaal te Roermond een weelde genoemd, die sterkere benen vereist dan waarmee zij in het genoemde geval bleek gedragen. De drie zeer grote glas-in-lood-vensters die Nicolas onlangs voltooid heeft voor de kerk van het Noordlimburgse dorp Helden, geven ons de gelegenheid dat standpunt nader te verantwoorden. De Heldense ramen hebben zonder twijfel artistiek meer belang dan de Roermondse, zij zijn tenminste getuigenissen van Nicolas' aanzienlijke habituele bekwaamheid in het glazaniersvak, zijn kompositie-talent en zijn deugdelijk verwerkte ervaring in de beoordeling van do omstandigheden van licht en ruimte, waaronder het werkstuk zal zijn gesteld, en van de materiële eisen die deze omstandigheden met zich meebrengen.

Zelfs vindt men er incidentele fragmenten in van uitstekend in het materiaal geïntegreerde tekenkunst en beeldende fantasie, zoals b.v. in het linkse raam het skelettenstilleven dat door het water van do zondvloed wordt aangespoeld. Toch is men met deze laatste opmerkingen al op een terrein waarop de waardering naar mijn mening ook te Helden door Nicolas maar matige kansen worden geboden en in elk geval, in verhouding tot zo'n enorm groot oppervlak overvloedige figuratie, veel te weinig. Ook hier is de aan de dag gelegde verbeeldingskracht in het algemeen weinig bezield, of om ons bezwaar preciezer te formuleren» Ze lijkt meer op vrijblijvende spraakzaamheid dan dat zij veelzeggend zou mogen heten. Nicolas beschikt over een soort voorstellingsarsenaal, beeldenarsenaal, dat doet denken aan een enormo flux de bouche. Maar zoals oen dergelijke vloed van woorden, indien zij alleen maar do knekels van cliché-gedachten, van dood gemeengoed aan laat spoelen, de aandachtige luisteraar spoedig verveelt, zo wordt ook de aandachtige beschouwer de gemakkelijke beeldenvloed der Heldense vensters al spoedig een objekt van verveling. Do hele gedachtengang die deze voorstellingen ingegeven heeft blijkt inderdaad een armzalig cliché te wezen, de iconografie ervan eveneens.

Linnartz:

Sint Thomas-college der Paters Augustijnen in Venlo

Om het verschil met een levende idee en een echt bezield beelden ineens als een wezensverschil tussen onwaarachtige en waarachtige kunst te ondergaan, volstaat het de kleine glas-in-lood-vensters te zien die de jonge Maastrichtse glazenier Mart Linnartz heeft gemaakt in het gebouw van het Sint Thomas-college der Paters Augustijnen in Venlo. Vensters, die ook hun gebreken en tekortkomingen hebben, zoals b.v. de veel te zware middenbalk en omlijsting die de glazenier accepteerde, zonder noodzaak naar ons word gezegd. Maar die in elke lijn, in elke vorm een echte kreatie zijn, een brok intens leven en volstrekt beeld,


uitvergroting


Zie het werk

 

Als voorbeeld moet men dan eens vergelijken hoe Nicolas te Helden de zondeval voorstelt en hoe Linnartz het deed. Bij Nicolas de traditionele scene met de appel, met nietszeggende, ondoorvoelde toneelgebaren van Adam en Eva. Bij Linnartz het beeld van de mens die de banden van God ongeduldig van zich afstoot; op hetzelfde ogenblik ontvalt hem de wereld. In volstrekte onmachtigheid staat hij dan in het volgende tafereel, met knikkende knieën, krachteloze romp, het is een aangrijpende uitbeelding van de volstrekte zwakheid, met niets dan de groep van Gods Barmhartigheid om hem overeind te houden. Wat ik hier in slechte woorden navertel is door Linnartz uitgebeeld met een direkte verbeeldingskracht, die voelbaar uit 's makers eigen existentie wordt gevoed, het beeld is volkomen nieuw, volkomen oorspronkelijk daardoor, en in waarheid religieus. Zou de weelde, waarvan in de aanvang van deze beschouwing sprake was, niet mede vereisen, dat de drager ervan even intens meeleeft, meetast naar de zin van het mysterie, met alle levenden mee, die, telkens nu, altijd weer nu, op weg zijn door het donker van de tijd?

     

 

 

 

 

| HOME | OEUVRE | De ramen in Venlo | Recensies | ROZ | Religieus werk |